Henkie weet niet veel, maar heb mijn ? op een rijtje gezet. Okay, klopt niks van ook goed, maar toch. Wil May het wel echt. NEE, dus eerst alle kosten boven tafel Totale kosten? en dan opnieuw een REFERENDUM om het volk te laten beslissen of iets dergelijks
Brexit: waarom de Britten altijd zullen verliezen
‘Het Verenigd Koninkrijk heeft de afgelopen vier maanden met zichzelf gepraat. Ze heeft dat niet gedaan met de Europeanen. Ik denk dat de Britten zullen schrikken wanneer gaan praten met de Europeanen over hoe slecht een brexit zal zijn. Ik geloof echt dat het VK binnen twee jaar van koers zal veranderen als het zich realiseert dat het van een ongelooflijke klif gaat vallen.’
Natuurlijk, topman Michael O’Leary van de Ierse luchtvaartmaatschappij Ryanair is bevooroordeeld. Zijn onderneming heeft veel te verliezen bij een vertrek van de Britten uit de EU. Maar hij vertolkte vorige maand in een interview wel een gevoel dat breed leeft onder de 27 EU-landen die overblijven na een brexit.

Startschot
Als de Britse premier Theresa May deze week met het inroepen van artikel 50 van het EU-verdrag officieel het startschot geeft voor onderhandelingen over een scheiding, zijn haar gesprekspartners op het Europese vasteland tot de tanden gewapend. ‘We hebben ons goed voorbereid’, zo maakte Donald Tusk, de voorzitter van de Europese Raad, vorige week alvast duidelijk.
Nederlandse belangen
Nederland heeft ook veel te verliezen bij een brexit. Na Ierland en België kan de Nederlandse economie de grootste tik krijgen door de nauwe handelsrelatie met de Britten.
De meeste aandacht gaat nu naar de visserijsector. Daarvoor staan gezamenlijke afspraken over de visvangst op het spel. Qua bijdrage aan het bruto binnenland product zijn de belangen van de vissers verwaarloosbaar, maar er is veel werkgelegenheid mee gemoeid. Inclusief het werk in de havens gaat het om zo’n 100.000 banen, die sterk zijn geconcentreerd in een aantal regio’s.
Werkgeversorganisaties maken zich daarnaast zorgen over de positie van de Nederlandse ‘hubs’, zoals de haven van Rotterdam, Schiphol, maar bijvoorbeeld ook de bloemenveiling in Aalsmeer. Daaraan gelieerd zijn er ook risico’s voor de transportsector.
Andere belangrijke industrieën die met argusogen naar de brexitonderhandelingen kijken, zijn de chemie- en farmaciebranche. De chemische industrie importeert bijvoorbeeld het meest van zijn inkoopwaarde uit het VK.
Veel is nu te doen om de financiële afrekening. Al maanden zingt in Brussel een zogeheten ‘brexit-bill’ van € 60 mrd rond die de Britten zouden moeten betalen bij hun vertrek. Het bedrag wordt niet ontkend in kringen rond de onderhandelaars aan Europese zijde. Integendeel: zij wijzen erop dat de som kan worden berekend via de jaarrekeningen van de EU die de Britten, zo wordt benadrukt, jaar in jaar uit hebben goedgekeurd. Daarin staan de verplichtingen en bezittingen van de Unie keurig vermeld.
Vijandige krachten
In Brussel is er wel het besef dat de rekening in het VK zeer vijandige krachten losmaakt. De Britse boulevardpers staat al klaar om de veeleisende Europeanen neer te sabelen, omdat zij het Britse volk zouden willen uitkleden. Dat geldt zeker als blijkt dat er volgens de EU ook moet worden betaald voor de ruimhartige pensioenen van alle EU-ambtenaren (en niet alleen de Britse).
Maar in het Europese hoofdkwartier is tevens te horen dat het vooral een taak van May is om haar volk, en in het bijzonder haar eigen partij, duidelijk te maken dat bij een scheiding een ordentelijke financiële afwikkeling hoort. Het is het mantra van EU-hoofdonderhandelaar Michel Barnier, vaak geuit via Twitter: eerst moet de boedelscheiding goed zijn geregeld voordat de EU bereid is te praten over een handelsdeal die de economische pijn van de Britten kan verzachten.

Onrealistische verwachtingen
De Britse regering moet zich ook realiseren hoe belangrijk de afrekening is voor de EU-landen die overblijven. Hoe meer geld de Britten gaan overmaken, des te minder ruzie er binnen de EU zal uitbreken over het financiële gat dat zij achterlaten. Dat zal de landen verenigen om zich daarover hard op te stellen.
Bovenal, zo zegt een hooggeplaatste EU-functionaris, zal de brexit-bill later als een ‘futiliteit’ de geschiedenisboeken ingaan in vergelijking met de economische schade die de Britten gaan oplopen. Niet alleen ten aanzien van de financiële afrekening bestaan onrealistische verwachtingen in het VK. Datzelfde geldt voor de manier waarop de Britten denken dat zij na een brexit een economische grootmacht kunnen blijven.
Ja, er is sprake van verlies aan beide zijden, erkennen Europese partijen waar het FD de afgelopen weken mee heeft gesproken, maar de Britten zullen de pijn veel harder voelen. Een gedevalueerd pond sterling, na het Britse referendum over de brexit in juni vorig jaar, maskeert die pijn nu nog. Maar dat zal na een scheiding anders zijn. Dat komt vooral doordat de Britten afscheid zullen nemen van de interne markt in de EU en ook geen heil zien in het vormen van een traditionele douane-unie, omdat ze hun eigen handelsbeleid willen bepalen.
Geen speciale deals
De grenzen tussen de EU en het VK zullen na een brexit hard zijn. Er is geen sprake van dat de Britten speciale deals kunnen sluiten voor hun financiële sector of auto-industrie, zoals May in januari nog opperde bij haar brexit-speech in het Lancaster House. Daarmee zouden ze de ‘krenten uit de pap’ halen, iets waarmee Barnier in oktober vorig jaar al korte metten maakte.
Zelfs als de EU en de Britse regering tot een deal komen waarbij een nultarief gaat gelden voor de onderlinge handelsstroom van goederen, blijft er een fysieke grens bestaan. De douaniers aan beide kanten van de grens moeten toch controleren dat alles volgens de regels gebeurt. Daarbij wordt veelal gewezen naar de controles op de grens tussen Noorwegen (een niet EU-lid) en Zweden (wel een EU-lid), met de aantekening dat Noorwegen wel een deal met de EU heeft gesloten waarbij het toegang heeft tot de interne markt. De ANWB waarschuwt daarom ook voor drukte op de weg tussen Oslo en Göteborg.
Schots referendum
De Schotse premier Nicola Sturgeon wil een nieuw referendum over afscheiding van het VK.
Zij zal het Schotse parlement volgende week vragen de procedure hiervoor in gang te zetten. Om een bindend referendum te houden, heeft Schotland toestemming nodig van de Britse regering. Onduidelijk is of premier Theresa May die zal geven.
Sturgeon wil dat het referendum eind 2018 of begin 2019 plaatsvindt, voordat het VK de brexit heeft afgerond. Dat heeft zij gisteren gezegd in een toespraak in Edinburgh. Volgens Sturgeon moet Schotland de kans krijgen te kiezen tussen een ‘harde’ brexit en de mogelijkheid onafhankelijk te worden.
Een meerderheid van de Schotse bevolking — 62% — stemde vorig jaar tegen een brexit.
Na het brexitreferendum heeft de Schotse regering aangestuurd op een compromis met de Britse overheid. De inzet daarbij was dat Schotland onderdeel zou blijven van de interne Europese markt, terwijl de rest van het VK zou uittreden. Maar volgens Sturgeon heeft de Britse overheid ‘geen duimbreed toegegeven’ om tot een compromis te komen’.
‘De Noren en de Zweden hebben al problemen en dan gaat het alleen maar om olie, vis en gas’, typeert een EU-bron de nieuwe werkelijkheid waarvoor de Britten straks komen te staan. Dergelijke non-tarifaire belemmeringen zullen onherroepelijk leiden tot een hogere kostprijs (door sommigen geschat op een verhoging van wel 20%) en dat kan dan net voor multinationals de aanzet zijn om het VK te verlaten en zich te vestigen op het Europese vasteland om soepel toegang te blijven houden tot de interne markt van 27 EU-landen.
Bedreiging auto-industrie en City
De nieuwe grenzen kunnen in het bijzonder een bedreiging gaan vormen voor de Britse auto-industrie, waar de toeleveringsketen veelal over meerdere Europese landen is verspreid. Maar ook in de Londense City, het financiële hart van de Britten én de EU, worden door financiële instellingen al scenario’s bedacht om bepaalde activiteiten te verhuizen mocht het tot een harde brexit komen. ‘Iedereen houdt er rekening mee dat we voor een klif komen te staan’, zei een topmanager van een Amerikaanse bank onlangs bij een brexit-seminar in Brussel.
Het blijft uiteraard mogelijk dat de brexit-onderhandelaars in goede harmonie op zoek gaan naar een deal die alle partijen tevreden stelt. In die zin wordt in Brussel ook veel gesproken over een ‘friendly brexit’. Diplomaten waarschuwen echter dat de werkelijkheid veel gecompliceerder is dan velen denken.
Verblijfsrechten EU-burgers
Dat geldt ook voor de verblijfsrechten die EU-burgers in het VK zouden moeten krijgen en andersom. In politieke zin is daar min of meer al eensgezindheid over. De zeven liberale premiers in de Unie, onder wie Mark Rutte, benadrukten vorige week bij een EU-top dat er zo snel mogelijk een einde moet komen aan de onzekerheid die ruim vier miljoen burgers nu hebben over hun rechten na een brexit. Ook May wil een graag een deal sluiten.
Maar als het om oplossingen gaat, blijven er vele vragen open. Hoe ga je bijvoorbeeld als Britse overheid om met een Litouwer die als arts werkzaam is, wiens vrouw bij een verzekeraar werkt, en die gezamenlijk een kind van vijf jaar hebben, terwijl er ook nog een kind op komst is? Krijgen zij allen dezelfde rechten? Totdat zij een keer het land verlaten of totdat zij sterven? En wat gebeurt er met de diverse procedures in de Europese landen? In het VK was er al veel ophef over een document van 85 pagina’s dat EU-burgers moeten invullen om als Brits ingezetene te worden geaccepteerd.
‘Hoe dieper je erin duikt, des te groter het probleem wordt’, aldus een vooraanstaand lid van het Europese onderhandelingsteam. Deze constatering zou van toepassing kunnen zijn voor alle brexit-dossiers. Maar vanuit EU-perspectief is één ding zeker: de Britten hebben het meest te verliezen.
Laatste Reacties